Het is een van de snelst groeiende sporten van het moment: Padel. Een mix tussen tennis en squash, gespeeld op een veld omringt door glas- en traliewanden waar tijdens het spel gebruik van gemaakt kan worden. Padel vind zijn oorsprong in Mexico 1969, waar Enrique Corcuera een tennisbaan wilde aanleggen in zijn tuin. Wegens ruimte gebrek werd dit echter een kleine baan, waar Enrique een muur omheen zette. Hij bedacht een variant waarbij hij de afmetingen van het speelveld, de spelregels en de rackets aanpaste.
- Padel is het leukst met 2 tegen 2 maar kan ook 1 tegen 1 gespeeld worden.
- De puntentelling is dezelfde als bij tennis (15, 30, 40, gelijk, voordeel, spel).
- Nadat je een bal hebt geslagen, dient die, aan de overzijde, altijd eerst de grond te raken! Vervolgens mag je een bal terugslaan door gebruik te maken van je eigen glaswanden (niet de tralies!).
- Een bal die naar je toekomt:
- hoef je niet altijd eerst laten stuiteren alvorens die terug te slaan.
- mag je eerst tegen de wanden (glas en tralies) laten botsen maar moet voor de tweede bots teruggeslagen worden.
- Enkel bij de opslag gelden nog een paar bijkomende regels:
- Opslaan doe je onderhands nadat je de bal eerst op de grond hebt laten stuiteren.
- De bal moet je achter je serveerlijn laten stuiteren en moet geslagen worden onder de hoogte van je heup.
- Nadat de bal aan de overzijde de grond heeft geraakt mag deze de tralies niet raken maar wel het glas